Blog: Wij zijn toch de beste!

Blog: Wij zijn toch de beste!

Een weblog van Hans Ligtenberg. Hij is oud-docent Groene bedrijfskunde aan de Hogeschool Inholland in Delft en als vrijwilliger actief bij PUM. Deze weblog schreef hij exclusief voor Goedemorgen.

Ondanks al het gesodemieter met de boerenstand in ons landje, schijnen wij nog steeds de 2e voedselexporteur ter wereld te zijn. Ik weet zeker dat er iets te corrigeren valt met betrekking tot de import en export van exotisch producten. Maar slechts een detail.

De Nederlandse boeren en tuinders leveren een prestatie van wereldformaat, daar kunnen we het over eens zijn. Men is een betrouwbare leverancier, werken efficiënt en effectief, leveren hoge kwaliteit, maar jammer genoeg voor een te lage prijs.

Echte vorige week kwam mij ter oren dat wij door onze geweldige prestaties nu een overproductie hebben van zuivelproducten. Die dumpen wij nu tegen zeer lage prijzen in Afrika, waar de betreffende regeringen nauwelijks importtarieven durven te vragen. Gevolg: wij frustreren hiermee de ontwikkeling van de nationale c.q. regionale  zuivelindustrie. Geen goede zaak. Als EU zijnde benutten wij het instrument van importheffingen driftig om onze eigen markten te beschermen.  En wij maar mopperen dat er zoveel mensen in een bootje stappen en onze kant uitkomen. Hoe zou dat komen?

In met name Afrika heeft de klimaatverandering en de ontwikkeling van Covid 19 enorme gevolgen. De voedselproductie neemt af, de toch al zwakke economieën komen tot stilstand, geen werk, geen inkomen, geen export meer, geen deviezen en ook geen importmogelijkheden meer. Dus... honger en armoede. Naar verwachting worden er binnenkort meer dan 73 miljoen mensen door honger getroffen. Dat er voorlopig nog een structurele handel in rubberbootjes blijft bestaan, mag u niet verbazen.

Nu, specifiek de Nederlandse tuinbouw is wereldkampioen op alle fronten zoals al eerder aangegeven. Wij zijn in staat met onze kennis en technologie om overal ter wereld onder (bijna) alle omstandigheden te produceren en de wereld van voedsel en planten te voorzien.

Nu lijkt bijvoorbeeld Afrika ver weg, maar het is een continent van ca 2 miljard inwoners. Wij willen zo graag zaken doen met China met slechts 2,4 miljard inwoners. Afrika kent ca 40 steden met meer dan 2 miljoen inwoners. Er is dus sprake van een grote markt. Ja, er is veel corruptie en er sprake van veel verschillende landen, nu in China is dit echt niet anders! Over China gesproken, wij kunnen wachten totdat China alle vruchtbare gebieden in Afrika heeft ingepikt, maar wij hebben Afrika meer te bieden.

Waarom kunnen wij niet in samenwerking met bijvoorbeeld de sector tuinbouw, Ontwikkelingssamenwerking, PUM, SNV niet een structuur opzetten om met onze kennis en kunde daar business te genereren? Het hoeft ook niet altijd onze high tech kennis te zijn. Zou het ook niet mogelijk zijn om jonge mensen te verleiden om daar een soort "vrijwillige ontwikkelingsdienstplicht" te gaan vervullen. Een prachtige ervaring en een enorme leerschool. Ook goed voor onze eigen cultuur!

Wie geďnteresseerd is hier eens verder over na te denken? Laat het mij weten!

Bron: Hans Ligtenberg

Deel artikel